|
Het waterslot Cleydael heeft zijn naam te danken aan de aard van de bodem van het eilandje tussen twee armen van de Grote Struisbeek, waarop het werd gebouwd.
In 1259 moet het waterslot al bestaan hebben met de familie Sanders als bewoners. Op het einde van de 14de eeuw werden de Sanders onterfd en het ganse leengoed werd aan ridder Geeraert van der Eist geschonken door de hertog van Brabant. De burcht kwam weer in het bezit van de familie Sanders nadat familie van der Elst in financiële problemen kwam en Filips van der Elst in 1401 werd vermoord. In 1459 werd Cornelius Sanders op bevel van Filips de Goede, hertog van Bourgondië, onthoofd.
De Antwerpenaar Pieter van der Straeten, die na de familie Sanders in 1518 eigenaar van Cleydael werd, liet het in verval geraakte slot herstellen en nieuwe bouwwerken uitvoeren en kreeg het meer een residentieel karakter.
In 1614 komt het Cleydael in handen van Pieter Hellemans, die het zijn huidige aanblik gaf. In 1638 huwde diens dochter met Frans Paschier van den Cruyce. Die kocht het kasteel in 1644 en werd in 1656 burgemeester van Antwerpen. Het kasteel bleef drie generaties eigendom van de burgemeestersfamilie Van den Cruyce.
Door overervingen en verkoop kwam Cleydael in handen van de families Peeters (1762), Stier (1786) en Van Havre (1847) die restauratiewerken liet uitvoeren.
Na de Eerste Wereldoorlog werd Cleydael aangekocht door een Antwerpse reder, Christiaan Sheid. In de jaren tachtig van vorige eeuw werd het domein voorzien van een 18-holes golfbaan. In enkele gebouwen van het neerhof zijn een restaurant en het clubhuis van Cleydael Golf & Country Club gevestigd. Het kasteel wordt verhuurd voor feesten en partijen. Het Kasteel Cleydael is thans één van onze best bewaarde waterburchten in ons land. |